Aan de rand van Tokio woont een familie van Mitsu Nakahara in een van de kleine hutten omringd door kazernes en tinnen pennen. Mitsu's man stierf in de oorlog en ze bleef alleen achter met vier kinderen en werkt als dagloner. De oudste dochter Haruko, die al negentien jaar oud is, werkt in een kledingwinkel, de tweede dochter Natsuko werkt in een restaurant, en Akio studeert timmerwerk en zelfs de jongste Fuyuko helpt haar moeder door als oppas in een naburig huis te werken. In de buurt woont een weduwe elektricien Tokuji Yamada met twee jongens - Norio en Tatsuo. Hij heeft een weduwe dochter, Sakiko, die samen met een klein kind van huis is weggelopen, omdat ze moeilijke tijden doormaakt. Op voorstel van Haruko trouwen Mitsu en Tokuji, en het lijkt erop dat het geluk hun nieuwe gezin toelacht, maar het bleek van korte duur te zijn...